mercedes-benz 280 SE 3.5
mercedes-benz 280 SE 3.5 Als opvolger van de zogeheten ‘Ponton’ modellen, introduceerde Mercedes in het najaar van 1959 de nieuwe W111-reeks. Aanvankelijk leverde Mercedes de W111 alleen als 4-deurs sedan, welke dankzij de zo typerende staartvinnen overigens de bijnaam ‘Heckflosse’ zou krijgen. In de eerste twee productiejaren was er enkel een 2.2 liter zescilinder-lijn leverbaar, maar dat veranderde in 1961 met de komst van een nieuwe viercilinder die optisch gemakkelijk te herkennen was aan een anders vormgegeven, kortere motorkap. Als voorlopig nieuw topmodel was daar vanaf 1961 ook de zogeheten 300 SE, die voorzien was van de uit de 300 ‘Adenauer’ bekende 3.0 liter zescilinder-lijn en zowel qua exterieur alsmede interieur duidelijk luxer was dan de standaard uitvoeringen. Een van de absolute noviteiten van de nieuwe modelreeks was de introductie van kreukelzones aan beide kanten van de carrosserie. Door middel van deze kreukelzones kon kinetische energie, welke vrijkomt bij een botsing, geabsorbeerd worden, wat in combinatie met een nieuw type veiligheidsgordel en stuurwiel een enorme stap voorwaarts was voor de veiligheid van de inzittenden. Los van de fraai gelijnde 4-deurs sedan, zouden in 1961 tevens een prachtig uitziende Coupé en Cabriolet versie hun intrede doen. Deze twee carrosserievarianten werden ontworpen door de vermaarde Paul Bracq, wie ook tekende voor de gelauwerde Mercedes Pagode, diverse BMW-modellen en niet te vergeten, de TGV hogesnelheidstrein. De Coupé en Cabriolet hadden allebei de sedan als basis, maar kregen allebei een moderner voorkomen en een verregaand uniek interieur wat een veel luxere uitstraling gaf. Opties als een automatische versnellingsbak, stuurbekrachtiging, airconditioning en een groot schuifdak voor de Coupé-variant maakte dit bij uitstek auto’s die geschikt waren voor de happy few. In de zomer van 1969 introduceerde Mercedes een volledig nieuwe krachtbron, in de vorm van een 3.5 liter V8 welke voorzien was van elektronische (Bosch D-Jetronic) ontsteking. Met een vermogen van 200 pk was dit niet alleen een zeer potent maar bovenal buitengewoon fraai stukje techniek, welke overigens standaard geleverd werd met volledig onafhankelijke wielophanging, inclusief schijfremmen, rondom. Door de grotere, bredere grille kreeg deze specifieke motorisatie de bijnaam ‘Flachküler’. Voor de Cabriolet leverde Mercedes een volledig elektrisch bedienbare, gevoerde kap waarbij het frame volledig in het interieur werd opgeborgen. Volgens de overlevering waren er alleen al 16 manuren benodigd voor de fabricage van dit prachtige cabriodak! Van de 280 SE 3.5 zou Mercedes in een kleine twee jaar slechts 3.270 Coupé-modellen bouwen en maar 1.232 Cabriolet-modellen. Met deze twee topmodellen kwam er, in juli 1971, ook een einde aan de productie van deze modellenreeks. Gelet op het buitengewoon lage productieaantal zoals vermeld in onze korte geschiedenisles, is het al bijzonder dat Peet Classics de hand heeft weten te leggen op een Mercedes 280 SE 3.5 Coupé. Extra bijzonder aan deze specifieke 280 SE 3.5, is dat dit een van de weinige origineel nieuw in Nederland geleverde exemplaren betreft. Niemand minder dan Toon Hermans kocht in 1971 deze prachtige, in donkerblauw metallic met licht beige bekleding uitgevoerde 280 SE. Met voor die tijd prijzige extra’s […]